Chicago - New Orleans - New York

Delaware Water Gap en New Jersey

14 april.

We rijden vandaag richting Noord-Oost Pensylvania. Het eerste stuk zien we nog Mennonieten op de fiets en op het land achter de ploeg. Langzaam veranderd het weidse, open landschap met overal boerderijen. Er komt meer bos en het wordt weer wat bergachtiger, “Ok Moi”. We doen het rustig aan en staan ruim 15 minuten te wachten voor gesloten spoorbomen. Nogal wat auto’s wringen zich er tot onze verbazing tussendoor, totdat iemand zijn raampje open doet en ons toeroept: “It’s broke!”. Vanwege onze lengt gekeerd en een alternatieve route gezocht. Redelijk vroeg zoeken we een camping op. We zitten net buiten aan een biertje als de eigenaar ons komt vertellen dat er een waterlek is, waardoor ons gedeelte zonder water komt te zitten. We krijgen een gratis upgrade naar een veel mooiere plek aangeboden, nou geen probleem hoor. Vijf minuten later zitten we alweer buiten en kijken vanaf onze hoog gelegen plek uit over de camping en het gezwoeg van de campingbaas die probeert uit te vinden waar het lek ergens zit.

15 april.

Op de camping laten we eerst onze lpg tank vullen. Dat gaat hier in de VS met veel veiligheidsmaatregelen gepaard: iedereen moet de camper verlaten en de stroomvoorziening van de camperaccu moet worden afgesloten. We hebben in bijna 4 weken voor ruim $ 20 aan gas verbruikt: voor de koelkast en vriezer (voornamelijk tijdens het rijden), verwarming (de eerste week bijna ieder avond, de laatste 2 weken af en toe ’s ochtends), de warmwater boiler (om te douchen) en koken. Valt wel mee niet? Daarna rijden we de route door de Delaware National Gap, een natuurgebied op de grens van Pensylvania en New Jersey. We stoppen bij 2 watervallen, bij de eerste hebben ze heel veel trappen langs de rotswanden aangelegd, waardoor je de watervallen zowel van beneden als van boven kunt bekijken. Een van de routes is overigens afgesloten vanwege het ijs wat er nog ligt! Na dit gebied rijden we New Jersey binnen en de verkeersdrukte neemt flink toe. Je zit hier zo’n 80 mijl van New York af, de plaatsjes liggen redelijk dicht bij elkaar en dat merk je. We besluiten om door te rijden naar een van de State Parks ten zuiden van New York, om daar de komende dag door te brengen. We zitten dan dichtbij de plek waar we vrijdagochtend de camper moeten inleveren, dat maakt e.e.a. wat gemakkelijker. We hebben inmiddels de 3500 mijlen van het huurcontract opgesoupeerd, dus vanaf nu wordt het extra betalen (naar verwachting zo’n 80 dollar, dat kan er nog wel bij). Op de snelweg (heel, heel druk met stukken langzaam rijden) werpen we al een blik op het Vrijheidsbeeld, voordat we naar het zuiden afdraaien. In het State Park waar we de camper neerzetten is het wel erg rustig, nog een andere camper staat er een eind verderop. Nog een keer de bbq aan en de laatste kooltjes opgemaakt. Daarna nog een kampvuurtje (hout genoeg hier in de bossen) aangemaakt in de ijzeren ring die er speciaal voor ligt (daar gebruiken ze hier bijna overal oude vrachtwagenvelgen voor, handig). Kijkend naar het oplaaiend vuur denk ik aan de woorden van Victor Borge: “when I was young my father came home and found me in front of a roaring fire. This made him very angry, because we didn’t have a fireplace!”

16 april. Vandaag wat gelummeld, we rijden even naar de naburige woonwijk voor koffie met een donut, we lopen een van de trails door het park en later in de middag pakken we de koffers in (snik, snik). Nog een keer pasta à la Francesco, morgenochtend zit de campertrip er toch echt op. Maar … we hebben New York nog tegoed.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!